zondag 18 maart 2012

Concertrecensie: School Of Seven Bells


School Of Seven Bells in Bitterzoet: gecontroleerde meeslependheid in een sacrale setting



School Of Seven Bells is volgens de mythe een academie in Colombia waar het straattuig van Zuid-Amerika opgeleid wordt tot gewiekste zakkenrollers die vervolgens de straten van wereldsteden onveilig moeten maken. Voor de zekerheid klemmen we onze tasjes dus stevig vast als de gelijknamige dreampop/shoegazeband Bitterzoet betreedt. De New Yorkers zijn inmiddels alweer aan hun derde album toe: Ghostory, een plaat over een meisje dat omringd wordt door geesten van ex-geliefden. De band is inmiddels gedownsized naar een duo. Claudia, de tweelingzus van zangeres Alejandra Deheza, verliet de band wegens persoonlijke redenen. Naast de zangeres is gitarist/producer Benjamin Curtis nog over.




Hun muziek wordt vaak omgeschreven als mythisch en etherisch. Wie bij deze woorden meteen denkt aan zweverige Jomanda-types met paarse gewaden en rood hennahaar als fanschare heeft ’t mis, want Bitterzoet is vanavond gevuld met Jan en alleman: een gemêleerd en down to earth publiek.
De in zwarte kledij gehulde band betreedt stilzwijgend de bühne en zet een instrumentaal intro in. Om het dromerige gelaagde elektronische studiowerk live meer schwung te geven hebben ze een toetsenist en een drummer meegenomen. En die schwung geeft dat zeker! De set wordt rustig opgebouwd: subtiele gitaarloopjes, atmosferische elektronische klankentapijten, wavebassen, gecombineerd met engelachtige vocalen.
De bekoorlijke zangeres oogt als een lieflijke Amélie Poulain, met wijd opengesperde bambi-ogen en strak gecontroleerde poses kijkt ze gedurende het hele concert serieus naar haar publiek. Gitarist Curtis doet ondertussen de term shoegaze eer aan. Hij staart met een stoïcijnse blik voortdurend naar zijn modieuze puntschoenen. Af en toe hebben de twee kernleden een klein onderonsje door tegenover elkaar gitaar te spelen en indringende blikken uit te wisselen. Contact met het publiek is er nauwelijks. Toch geniet de band zichtbaar maar ingetogen: het liefst met de ogen dicht.
De belangrijkste troef van de band is de opbouw van de nummers die je langzaam in vervoering brengen door het gecontroleerde samenspel, strakke drumpartijen en uitwaaierende gitaren. Flink wat invloeden uit de eighties synthpop en nineties Madchester (Cocteau Twins, My Bloody Valentine, Lush, Stone Roses) klinken door, maar de band flirt ook met invloeden uit de hedendaagse electropop en dance. Na vier nummers wordt de muziek zelfs licht dansbaar waardoor de toeschouwers voorzichtig meedeinen.
School Of Seven Bells brengt vanavond niet alleen nieuwe nummers ten gehore maar ook verrassend veel nummers van hun debuutplaat Alpinisms. De band sluit de show af met een zeer opzwepende en overtuigende toegift. De zaal geeft zich volledig over en gewonnen!
Ik moet eerlijk bekennen dat ik met lage verwachtingen de zaal betrad omdat ik de albums soms een beetje weeïg vind door het hoge gehalte aan zweverige vrouwenzang en dromerige klanken. Maar live weet de band echt met daadkracht te overtuigen en de nodige pit aan te brengen. De glas- in- lood decoratie in Bitterzoet maakt het geheel af tot een sacrale setting. Toch zou een welgeplaatst smetje of een ruwe uitspatting de gepolijste show niet misstaan hebben. Floor Boogaart


Interview met Florian Wolff


Florian Wolff presenteert nieuw album met tournee: ‘die vergelijking met Jack Johnson kan de prullenbak in.


Onlangs verscheen The Nature of Things, het tweede album van de Nederlandse singer-songwriter Florian Wolff. Met dit album op zak begint Florian nu aan een tournee. “Die vergelijking met Jack Johnson? Die kan nu wel in de prullenbak.”
Op het zonnige terras van het bekende Utrechtse rockcafé Stairway to Heaven ontmoet ik de sympathieke zanger en duurzaam ondernemer. We hebben op tijd afgesproken, want hij moet daarna weer aan het werk in de biologische winkel. Ik bestel een cola, Florian een troebele appelsap. Met een grote grijns op zijn gezicht grist hij zijn verse langspeler uit z’n tas. Wat direct in ‘t oog springt is het afwijkende formaat van de hoes. “De cover is ontworpen door een bevriende kunstenares en tevens vriendin van mijn broer, Lesanka Honigh. Ik heb haar volledig de vrije hand gegeven. Het album is geproduceerd door mijn broer dus wat betreft is het echt een familieproduct. Ik ben een grote liefhebber van cd-hoezen die meer om het lijf hebben dan een standaard hoesje. Naast cd-hoes is het namelijk ook een kunstwerkje voor aan de muur want je kunt het ophangen met een bijgeleverd haakje. De hoes is gemaakt van gerecycled papier en met ecologische inkt bedrukt, net als mijn vorige album. Ik vind het belangrijk dat wanneer je iets maakt, het op een evenwichtige manier met de wereld om je heen gebeurt. Het geeft meer verhaal aan het album.”


Wat opvalt is het gebruik van een uitgebreid repertoire van instrumenten en samples, in tegenstelling tot op je eerste album. Daar vormde de gitaar toch wel grotendeels de basis voor veelal zonnige feel- goodnummers. “Met mijn eerste album Catching up, Standing still heb ik mij voornamelijk als singer-songwriter gepresenteerd. Toen heb ik inderdaad hoofdzakelijk de gitaar als tool gebruikt en de liedjes waren tot op het bot uitgedacht. Dat is heel goed geweest want daardoor heb ik wel mijn eerste stappen kunnen zetten in mijn carrière. Voor het nieuwe album ben ik veel meer op organische wijze muziek gaan maken door meer vrijheid te nemen. Ik heb geïnvesteerd in een goede laptop en opnameapparatuur, heb de creatieve kraan opengezet en alles laten vloeien. Ik ben veel meer gaan freestylen met digitale sounds, stem en andersoortige objecten als wieldoppen en chipszakken. Al die ruwe schetsen ben ik daarna gaan filteren in de studio, en zijn we de liedjes gaan opnemen met de band. De songs zijn veel ruimtelijker en minder droog dan op het eerste album. Het mooie is dat de uitkomst van mijn nieuwe plaat veel dichter bij mij ligt. Ik heb het puurste van mijzelf weten te vangen, dus die muzikale vrijheid is echt fantastisch geweest.”


Hoe zou je je nieuwe album typeren? 
“Het is een introverte plaat die wel extravert en soms rauw kan klinken. Hiervoor ben ik echt diep in mijzelf gedoken. Thema’s als opgeven, gevoel van opgegeven zijn en kwetsbaarheid in de breedste zin van het woord komen voorbij. Door mijzelf kwetsbaar op te stellen ben ik een diepgaand proces ingegaan, en daar ben ik sterker uitgekomen, als herboren. Ik beschouw dit album als het einde van het proces
wat ik heb doorgemaakt. Ik stap door mijn nieuwe plaat ook af van mijn Jack Johnson-imago, daar kon ik mij al nooit helemaal in vinden. Gooi die maar in de prullenbak. Ik zou mijzelf nu eerder vergelijken met Jamie Lidell en Ben Harper.”


In alles wat je doet lijkt duurzaamheid centraal te staan, bijvoorbeeld in de Greentour (een mobiel podium waarmee Wolff rondtoerde dat op zonne-, wind- en menselijke energie werkt). Voor de videoclip van So far, So good zijn energiezuinige lampen gebruikt en de albumhoezen zijn zelfs milieuvriendelijk. Maar komt dat thema ook terug in je
teksten? “Nee, het is niet terug te horen in mijn teksten. Ik vind het belangrijk om die twee zaken enigszins gescheiden te houden. Muziek is een kunstvorm op zichzelf, een creatieve uiting, een drive in mij die er gewoon is. Ik vind het heel mooi als die op zichzelf kan blijven staan als schoonheid. Het duurzame aspect zoek ik meer in de randvoorwaarden, zoals de cd-hoes, de videoclip en Greentour. Mijn intentie met mijn muziek is in alle opzichten altijd positief.”


Waarom vind het je het zo belangrijk om mensen blij te maken met je muziek? “Muziek maken is voor mij is een hele positieve uiting. Ik schrijf af en toe wel iets duisters, maar in de eerste plaats is het voor mij iets positiefs. Als ik muziek maak voel ik mij altijd ontzettend goed. Als ik zelf muziek consumeer word ik daar ook gelukkig van. Ik wil mensen een positieve prikkel geven, vooral mensen blij maken, dat is mijn missie. Je goed voelen is één van de leukste dingen die er zijn!” Floor Boogaart (Live XS)