donderdag 16 augustus 2012


Fat Freddy’s Drop laat Paradiso twee uur lang onverzadigbaar trippen
Op weg naar poptempel Paradiso woedt er na een tropische dag een verfrissend buitje over de stad Amsterdam. Tegelijkertijd waait er door de opstelling van het Nederlands elftal een verfrissende wind onder leiding van Louis van Gaal in een oefeninterland tegen België. Uitverkocht Paradiso is daarentegen inmiddels veranderd in Club Tropicana oftewel een drukkend heet zweethol. Met de zwoele sound van de ultieme backpackersband Fat Freddy’s Drop zal het niet veel koeler worden vrees ik. Waarom zanger Joe Duke vanavond in vredesnaam een muts draagt is mij dan ook een raadsel.

Als je deze zevenkoppige band uit Nieuw-Zeeland in huis haalt weet je als concertpodium zeker dat het een uitbundig feestje wordt. Fat Freddy’s Drop heeft inmiddels namelijk een uitstekende livereputatie opgebouwd, en dat weet het publiek maar al te goed. Al bij de eerste klanken begint de zaal ongekend euforisch te joelen.
Een live-drummer ontbreekt jammer genoeg aan het gezelschap maar met een dj, toetsenist, saxofonist, trombonist, zanger/ gitarist en rapper is de formatie groot genoeg om een massieve sound over het publiek te draperen. De combinatie van pompende dub met gloedvolle soul in een modern reggaejasje, ondersteund door beats blijkt dan een schot in de roos. Dit collectief laat de massa skanken, jumpen en housen. Gretig wordt de mierzoete koek ingeslikt door de fans.
Waar de heren van Fat Freddy’s Drop het van moeten hebben is de improvisatie op het podium: ze nemen graag de tijd. Hun songs worden uitgesmeerd als dikke ketchupsaus die zo heerlijk traag uit de fles drupt. Elk nummer valt te typeren als een uitgesponnen jam van 10 á 15 minuten waarin de groovende dublijn steeds harder komt opzetten. Af en toe maakt de zanger gebruik van een effectmachine waarop hij onder meer zijn eigen zoetgevooisde stem samplet en verwerkt in hallucinerende loops.
Wat opvalt is de subtiliteit en de ingehoudenheid van alle muzikanten. Niemand vervult echt een hoofdrol in de groep, zelfs de zanger niet. Alleen trompetist Ho Pepa wil in zijn kanariegele retro trainingspak bij tijd en wijlen nog wel eens de olijke clown uithangen door kekke ongecontroleerde dansjes te maken.
Het concert voelt als een twee uur durende gelukzalige trip waarin het publiek echt onverzadigbaar lijkt en de temperatuur tot een kookpunt stijgt. Ik heb een publiek nog nooit zo snel naar buiten zien rennen om verkoeling op te zoeken als na deze show. Uiteindelijk thuisgekomen daalt de temperatuur pas echt, want ik blijk van een koude kermis thuis te zijn gekomen: Nederland heeft verloren van de Rode Duivels… Floor Boogaart


Geen opmerkingen:

Een reactie posten